القران الكريم

Over Yazid bin Mu'aawiyah.

En niemand sprak voor die tijd over Yazid bin Mu'aawiyah, noch was het praten over hem onderdeel van de godsdienst. Toen innoveerden sommigen dingen in deze kwestie, resulterend in mensen die Yazid bin Mu'aawiyah openlijk vervloekten en wellicht maakte dit het makkelijker voor hen om ook de anderen te vervloeken. Veel mensen van de Soennah verwierpen het vervloeken van ieder persoon. Sommige andere mensen die op de Soennah waren dachten dat Yazid één van de grootste van de oprechte mensen en geleide Imaams was. Dit resulteerde in twee overmatigheden in extreme tegenstellingen. De mensen die zeggen dat hij een ongelovige zindiq[1] was, dat hij de kleinzoon van de boodschapper van Allaah (sal-Allaahu 'alayhi was-sallam) gedood heeft, dat hij de Ansaar en hun kinderen te Hirrah bevocht om wraak te nemen daar de mensen van zijn huis bevochten waren als ongelovigen - zoals zijn grootvader 'Utbah bin Rabi'ah, en zijn oom al-Walid en anderen. En zij noemden zaken waarbij ze hem de reputatie gaven van iemand die sterke dranken drinkt en openlijke wellustigheid vertoonde. Andere mensen geloofden dat hij een rechtvaardige, leidende, geleide Imaam was, en dat hij één van de metgezellen was, of zelfs één van de grootste metgezellen, en dat hij tot de bondgenoten van Allaah (subhaanahu wa ta'aalaa) behoorde. En sommige van hen geloofden zelfs dat hij één van de profeten was, zeggende: Voor wie er gratie verleend aan Yazid, zal Allaah gratie verlenen van het Vuur van Jahannam, en zij leveren over van Shaykh Hasan bin 'Adi[2] dat Die en die van onder de bondgenoten gratie van het Vuur zijn verleend door hun mening over Yazid. In de tijd van Shaykh Hasan namen nog meer vaslheden toe, in beide, zowel in poëzie als in essays. En ze overdreven over Shaykh 'Adi en over Yazid met zaken die tegengesteld zijn aan waarin de geweldige Shaykh 'Adi werkelijk in geloofde, moge Allaah zijn ziel zegenen. Want zijn pad was gevrijwaard, het bevatte niet deze innovatie, en de mensen werden opgehitst door retoriek van de Rawaafidh totdat zij Shaykh Hasan doodde, toen volgde er een fitnah welke niet geliefd was bij Allaah noch bij Zijn boodschapper.

Deze overdrijving ten aanzien van Yazid kwam voort uit twee kanten, de eerste is het in onenigheid verkeren over iets waar de geleerden van geloof over eens waren. Yazid bin Mu'aawiyah was geboren gedurende de Khilaafah van 'Uthmaan bin 'Affaan radi-Allaahu 'anhu en hij heeft de Profeet (salla Allahu 'alayhi was-salaam) nooit gezien. Aldus zijn de geleerden er over eens dat hij niet één van de metgezellen was, noch was hij één van hen die bekend was om zijn godsdienst en oprechtheid, in plaats daarvan was hij één van de Moslimjongeren. Hij was geen ongelovige noch een zindiq. Hij volgde zijn vader op met het ongenoegen van sommige van de Moslims, en de acceptatie van sommige van hen, en hij had moed en eer. Hij beging geen openlijke wellustigheid zoals de verhalen over hem beweren.

Tijdens zijn regeerperiode deden zich vele gruwelijke gebeurtenissen voor, één daarvan was de moord op Husayn radi-Allaahu 'anhu. Maar hij gaf geen opdracht tot de dood van al-Husayn radi-Allaahu 'anhu; hij vertoonde geen vreugde om zijn moord, hij spelde zijn hoofd niet vast aan een staaf, hij droeg de hoofd van al-Husayn niet naar ash-Shaam. Veeleer gaf hij opdracht al-Husayn radi-Allaahu 'anhu te stoppen en tegen hem te verdedigen, zelfs als dit betekent dat hij bevochten moest worden. Vervolgens voegde Nawwaab toe aan deze bevelen; Shamar bin Thul-Juwashan spoorde 'Ubaydullah bin Ziyaad aan om hem te doden. Aldus begon 'Ubaydullah bin Ziyaad zijn aanval op hem. Al-Husayn radi-Allaahu 'anhu vroeg hen om hem naar Yazid te brengen, of om hem naar de grens van Thaghir te laten gaan, of om hem naar Mekka terug te laten gaan. Maar zij zouden het hem niet toestaan, wat een daad van onrecht jegens hem en zijn leden van het huis van Muhammad (sal-Allaahu 'alayhi was-sallam) was.

Zijn moord was één van de grote rampen. De moord van al-Husayn en die van 'Uthmaan voor hem, waren de twee grootste oorzaken voor fitnah in deze ummah, en hun moordenaars behoren tot de meest slechte schepselen bij Allaah. Toen zijn mensen radi-Allaahu 'anhu naar Yazid toe kwamen, eerde hij hen en begeleidde hen naar Medina. Het is overgeleverd dat hij Ziyaad vervloekte voor zijn moord, en hij zei Ik behoorde tot de meest tevredenen van de groep mensen van Irak zonder de moord op al-Husayn. Maar hierbij heeft hij nooit enige berouw naar buiten gebracht voor zijn dood, noch in wraak over hem, noch in het zoeken van wraak voor hem. En dit is iets dat vereist was van hem, aldus beschuldigden de mensen van de waarheid hem voor het nalaten van deze vereiste, in optelling met andere zaken. En wat betreft zijn vijanden, zij hebben nog meer valse dingen over hem toegevoegd.

Wat betreft de tweede zaak, de mensen uit de stad van de Profeet trokken hun eed van loyaliteit aan hem in en zij verbande zijn vertegenwoordigers en zijn mensen. Aldus stuurde hij een leger naar hen en gaf de opdracht dat als zij na drie dagen zich niet overgaven, dat hij dan met de zwaard zou komen in een drie daagse bestorming. Vervolgens betrad zijn leger de stad van de Profeet, dodend, plunderend en de onschendbaarheid van de stad schendend. Dan zond hij een leger naar de nobele stad Mekka, waar zij de stad omsingelden, en Yazid stierf terwijl zij Mekka omsingelden. Dit is de agressie en onrecht dat werd begaan onder zijn autoriteit.[3]

Dit is de reden dat de mensen van de Soennah en de Imaams van de Oemmah hem niet vervloeken noch liefde voor hem betonen. Saalih bin Ahmad bin Hanbal zei: Ik zei tegen mijn vader: mensen zeggen dat zij van Yazid houden. Hij zei: O zoon! Hoe kan iemand die in Allaah geloofd en in het Hiernamaals van Yazid houden! Ik zei: O vader! Waarom hem dan niet vervloeken? Hij zei: O zoon! Wanneer heb jij jouw vader ooit iemand zien vervloeken?

En het is overgeleverd dat hij gevraagd werd over de registratie van de ahadieth van Yazid bin Mu'aawiyah en hij zei: Nee. Er zit geen eer daarin - of - hij is niet degene die gedaan heeft wat de mensen van Medina aangedaan is.[4]

Dus volgens de geleerden, de Imaams van de Moslims, was Yazid simpelweg een koning van onder de koningen, zij houden niet van hem met de liefde voor de oprechte mensen of de awliyaa van Allaah, en zij vervloeken hem niet. Zij houden er niet van om een Moslimindividu uit te schelden, daar het (volgende) geregistreerd is door al-Boekhaarie in zijn Sahih van 'Umar bin al-Khattaab radi-Allaahu 'anhu: Er was een man die Himaar heet, en hij dronk veel khamar. Iedere keer wanneer hij bij de Profeet (salla Allahu 'alayhi was-salaam) kwam, kreeg hij klappen (voor het drinken). Aldus zei een man, ook al stond een groep van de mensen van de Soennah het toe om degene die dit begaat te vervloeken. Terwijl een andere groep vond dat van hem gehouden moest worden omdat hij een Moslim was die zo recent in de tijd van de metgezellen leefde, en omdat hij de metgezellen volgde. En zij zeggen dat wat over hem overgeleverd is niet authentiek is, en dat er goeds in hem was, en of hetgeen over hem verhaalt is was niet authentiek of hij heeft ijtihaad verricht over wat hij deed.

De juiste zienswijze is wat de Imaams volgen, dat er niet naar hem verwezen wordt met liefde noch met vervloeking, en hierbij, als hij ongehoorzaam was tegenover Allaah of onrechtvaardig, dan vergeeft Allaah de ongehoorzame en de onrechtvaardige, vooral wanneer zij naar Hem komen met zeer veel goeds.

In zijn Sahieh, van ibn 'Umar, vermeld al-Boekhaarie (in gelijke bewoordingen) dat de Profeet, (salla Allahu 'alayhi was-salaam) zei:

Het eerste leger die tegen het land van Constantijn strijd zal daar vergeving voor krijgen.

De bevelhebber van het eerste leger die hem bestreed was Yazid bin Mu'aawiyah en abu Ayyub al-Ansaari was met hem radi-Allaahu 'anhu.

Yazid bin Mu'aawiyah werd verward met Yazid bin Abu Sufyaan. De laatstgenoemde was één van de metgezellen en hij was één van de beste van de metgezellen, de beste van het huis van Harb, één van de bevelhebbers van ash-Shaam gezonden door abu Bakr tijdens de overwinning van ash-Shaam. Abu Bakr liep naast hem terwijl hij reed, zijn zending bevelend. Hij zei tegen hem:

O Khalifah van de boodschapper van Allaah, of u rijdt of ik stap af. Hij antwoordde: Ik zal niet rijden, en u moet niet afstappen, ik verheug me op mijn voetstappen op de weg van Allaah.
[5]

Toen Yazid stierf na de verovering van ash-Shaam tijdens de khilaafah van 'Umar, plaatste 'Umar in zijn plaats zijn broeder Mu'aawiyah. Hij had zijn zoon gedurende de khilaafah van 'Uthmaan bin 'Affaan radi-Allaahu anhu, en Mu'aawiyah bleef op zijn post in ash-Shaam totdat de gebeurtenissen zich voor deden.[6]

Voetnoten:

[1] Een Verarabiseerde Perzische woord voor ketter.

[2] Hij stierf in het jaar 644H.

[3] De overleveringen over de driedaagse belegering van Medina zijn populair in de geschiedenisboeken, maar er is geen referentie voor een keten van het verhaal gegeven. Dit komt doordat de verhaling niet authentiek is.

[4] De tekst bij al-Halabi stelt: "Hij was niet degene die het gedaan had..." Maar Muhammad al-Hamud merkte op: "De auteur vermeldde deze en die daarvoor in 'Vragen over Yazid' pag. 17, geverifieerd door Salaahuddin al-Munajid." Allaah weet het het best.

[5] Geregistreerd door Maalik en het is mursal (onvolledige keten) omdat de enige metgezel waar de verhaler het van gehoord heeft Anas is, en hij heeft hem niet genoemd in zijn keten.

[6] Dat is de moord op 'Uthmaan radi-Allaahu anhu en de onrust dat daarna ontstond.

door Shaychoel-Islaam Ibn Taymiyyah rahiemehoellaah

0 reacties:

Een reactie posten